zaterdag 11 januari 2014

Ritje met de Plymobile

Vandaag had ik afgesproken met Joost E. uit Goirle, de huidige gebruiker van de Plymobile (die blijkt dus toch nog steeds eigendom van Titus van den Brink te zijn). Beetje winderig en nat weer, maar dat mocht de pret niet drukken. 
Na wat gebabbel over de Plymobile en fietsen in het algemeen, mocht ik hem eens uitproberen. Joost voorop in mijn Strada (daar had hij ook nog niet mee gereden), ik er achteraan met de Plymobile. Stukje doorheen het centrum en de industrie van Goirle, stukjes goeie weg, stukjes slechte weg. Niet echt lang of ver, maar toch voldoende om een goeie indruk van deze velomobiel te krijgen. 

Het eerst dat opviel is dat deze fiets te smal is voor mij. Zowel om in -en uit te stappen (ik moest mijn bekken kantelen om tussen de wielkasten te kunnen gaan zitten) als voor het fietsen zelf (ik moest met de knieën echt naar elkaar toe trappen om te kunnen rijden). Ook fietsen met spd-schoenen op gewone pedalen rijdt niet echt lekker, ik ben er een paar keer van afgeschoven. Echt krachtig optrekken lukt zo uiteraard niet. Wel voel je bij het aanzetten meteen hoe licht de fiets is, ik geloof dat die minstens 10 kg lichter is dan mijn Strada. 

Het zitje is barbaars. Het systeem lijkt goed doordacht (ophangsysteem van gaasstof), maar ondanks dat er en kussentje en een dekentje onder mijn kont zat, had ik gevoel van gewoon op een plank te zitten.  Vond ik maar niks, Joost heeft er geen problemen mee.


Een hele aangename verrassing was het ongeveerde achterwiel. Ik was tot op heden geen voorstander van ongeveerd, maar bij deze velomobiel viel dat 100% mee (in tegenstelling tot bvb de WAW). Volgens Joost ligt dat aan het feit dat het achterwiel wat meer naar achter staat, zo'n 30 cm schat hij. Ook een "dikke" band op eerder lage druk dempt voldoende, heb ik nu ervaren (dat was bij de WAW ook niet het geval). In elk geval had ik bij slecht wegdek totaal niet het gevoel door elkaar geschud te worden of nood te hebben aan vering. 
Het kán dus wel, ongeveerd  :-) 



Ongeveerd houdt ook in dat je het achterwiel niet eenzijdig móet ophangen. Dat maakt dan weer dat je een versnellingsnaaf kunt gebruiken, wat ik ook nog steeds een groot pluspunt vind vergeleken met een traditionele derailleur met krans.

De stuuruitslag is vrij beperkt, deels omdat de wielkasten onderaan terug naar binnen lopen. Ook dikke bandjes zijn geen optie. Ik vermoed dat de draaicirkel vergelijkbaar is met bvb de Quest. De beide remmen worden ook door 1 hendel bediend, zoals ik al gewoon was.


Voor de weersbescherming wordt een zeil gebruikt zoals bij de Alleweder, alleen een stuk langer. Er zitten ook spanstangetjes in, maar geen ritsen. Volgens Joost blijf je goed droog bij regenbuien. De neus heeft 2 gaten, maar standaard geen koplampen. Volgens Joost handig bij slecht weer, dan laat hij zich wat meer in de fiets zakken en kijkt hij onder het zeil heen door de 2 gaten hoe hij moet rijden. Dat lijkt mij persoonlijk maar niks, maar misschien ben ik verwend met mijn Strada, waarbij ik de weg voor me heel goed kan zien. Ook aan het ontbreken van een spiegeltje kon ik maar niet wennen, ik heb de hele rit maar zoveel mogelijk rechts gereden, niet echt gerust tussen het autoverkeer.



Ik blijf het een velomobiel met een prachtige vorm vinden, een beetje gelikter dan de Alleweder. Volgens mij zou deze fiets ook prachtig zijn in gepopt aluminium ! Maar het is niet zo dat ik mijn Strada meteen wil inruilen.
Daar is deze fiets nog te onafgewerkt voor en zou hij voor mij op sommige gebieden helemaal anders moeten.

Ik heb begrepen dat de fiets wordt "overgenomen" door iemand uit Munchen, iemand die iets met auto-ontwerpen te maken heeft. Eens benieuwd wat er nog aan veranderd/verbeterd zal worden !

Joost, nogmaals bedankt voor het testritje !